Stappen in groep

Stappen in groep

Richtlijnen

  • Iedereen draagt een fluovest (te voet/met de fiets).
  • Vooraan, achteraan en in het midden lopen/fietsen leiding. De jongste leden lopen/fietsen in het midden van de groep.
  • Gebruik de meest veilige route: waar het minste verkeer is, vermijd grote banen en drukke kruispunten.
  • Waar wandel je het best? Op het voetpad uiteraard. Is dat er niet?
    • De verhoogde berm
    • De gelijkgrondse berm
    • Het fietspad (maar verleen voorrang aan (brom)fietsers).
    • De rijbaan: aan de linkerkant, achter elkaar.

Oversteken

  • Waar veilig oversteken?
    • Bewaakte oversteekplaatsen: zebrapad met verkeerslichten of bevoegde persoon.
    • Zebrapad zonder verkeerslichten
      • Enkel te voet heb je voorrang op een zebrapad. Afstappen dus!
    • Plaatsen waar waar je goed gezien kunt worden én zelf het verkeer goed ziet.
    •  NIET :
      • Tussen geparkeerde auto’s
      • In de bocht van een weg
      • Op de top van een helling
      • Onder een brug
  • Hoe veilig oversteken?
    • 1 leid(st)er staat op de plaats waar het oversteken begint.
    • 2 leid(st)ers staan in het midden van de baan, aan weerskanten van de overstekende groep en houden oogcontact met de automobilisten.
    • 1 leid(st)er staat aan de overkant van de weg om de leden bij elkaar te houden.

Wetgeving

  •  Als leid(st)er wordt je verwacht te weten wat de rechten en plichten van een groep zijn. Je beschikt over de nodige veiligheidsuitrusting (bv. verlichting en het bordje om aanwijzingen te geven).
  • Op kruispunten zonder verkeerslichten mag de leider het verkeer stilleggen met een schijf waarop het verkeersbord C3 is afgebeeld.
  • Op minder dan 30m van een zebrapad? Dan moet je dat gebruiken.Als het voetgangerslicht op rood springt terwijl jij aan het oversteken bent, dan mag je op een normale wijze verder oversteken. Wie zich op dat moment echter nog op het trottoir bevindt, mag niet meer oversteken
  • Groepen voetgangers van ten minste 5 personen plus een gids mogen eveneens links op de rijbaan stappen, op voorwaarde dat ze achter elkaar blijven.
  • Verlichting bij slechte zichtbaarheid
    • Als de groep rechts loopt: een wit of geel licht links vooraan, en een rood licht links achteraan
    • Als de groep links loopt: een rood licht rechts vooraan, en een wit of geel licht rechts achteraan
    • Naargelang de lengte van de rij, moeten op de flanken één of meer gele of witte lichten gedragen worden die in alle richtingen zichtbaar zijn.