SuperHiro met de eeuwige titoleider: Jens Dendoncker

SuperHiro met de eeuwige titoleider: Jens Dendoncker

'Alles wat ik in de Chiro deed, doe ik nu gewoon op een podium'

 

Jens Dendoncker, winnaar van Humo's Comedy Cup 2016 en presentator van het vtm-programma 'Hoe zal ik het zeggen', kwam – hoe zal ik het zeggen – vree laat opdagen voor dit uiterst fijne interview.  Niet omdat die carrière hem naar het hoofd gestegen was, maar een epilepsieaanval op de tram hem had neergeslagen.  Dat Jens hier bijzonder goed mee kan omgaan, komt mede door zijn Chirovrienden.  Dat maakte misschien ook dat hij toch nog de nodige tijd vrijmaakte om onze vragen te beantwoorden.

Door Annelies

 

DUBBELPUNT: Dag Jens, hoe zag jouw Chirocarrière eruit?

Jens: Ik zat al van bij de sloebertjes (n.v.d.r. de ribbels) in de Chiro van Heestert.  Da's een klein dorpje in West-Vlaanderen, maar toch telden we zo'n 150 à 200 leden.  Vanaf het eerste leerjaar kwam ik erbij en ik ben gebleven tot ik leiding werd, dat heb ik nog zo'n vijf jaar gedaan.

 

DUBBELPUNT: Welke afdeling is je het meeste bijgebleven?

Jens: Da's eigenlijk iets raars, ik ben maar één jaar topper geweest.  Dat was omdat ik de enige van mijn jaar was bij de jongens.  Dus toen ik aan mijn tweede jaar topper zou beginnen, werden al mijn vrienden keti's en omdat het op dat moment minder klikte met die van een jaar jonger, ben ik ook maar mee overgegaan.  Het rare is dat ik later vier jaar na elkaar leiding ben geweest van de tito's – drie jaar van de toppers, één jaar van de tippers.

 

DUBBELPUNT: Heeft de Chiro een rol gespeeld bij je carrière als stand-upcomedian?

Jens: In zekere zin wel.  Je verandert natuurlijk niet als persoon, dus wat ik in de Chiro al deed, doe ik nu gewoon op een iets grotere schaal én op een podium.  Al die onnozeligheid en moppekes en dwaze dingen doen, da's iets wat ik allicht in de Chiro wel heb meegekregen.

 

DUBBELPUNT: Dus je was de grapjas van de leidingsploeg?

Jens: Absoluut.  Ik was zeker wel degene naar wie het snelst gekeken werd als er een kampthema verzonnen moest worden, of als het op de iets meer creatieve dingen aankwam.  Hoewel er zeker nog mensen in onze leidingsploeg waren met die kwaliteiten.

 

 

Bommetjes in koeiendrollen en andere herinneringen

 

DUBBELPUNT: Is er een memorabele Chiro-ervaring die je nooit zal vergeten?

Jens: Ja, meerdere!  En het gekke is dat de meest onverantwoorde dingen vaak de meest memorabele blijken.  Bijvoorbeeld toen we tijdens een dropping terechtkwamen in de achterbak van een camionette.  Die was 's nachts oude auto-onderdelen aan het vervoeren.  Tijdens die rit – we zaten daar met z’n zevenen – schoot de achterbak plots open en vielen er allemaal onderdelen uit.  Voor hetzelfde geld had ons dat drie levens gekost ...  Allemaal van die waanzinnig rare, gevaarlijke toestanden waar je op het moment zelf niet echt bij stilstaat.  En achteraf denk je dan: djeezes, hebben we daar efkes chance gehad!  Het zijn er natuurlijk veel te veel om op te noemen.

 

DUBBELPUNT: Wat was je favoriete spel?

Jens: Het leukste vind ik nog altijd de inkleding van een spel.  Het spel op zich maakt dus niet zoveel uit.  Oh, je verkleden, daar kon ik van genieten!  Zeker als leden dat dan weer niet gedaan hadden; dan sprokkelde ik voor hen de meest onnozele outfit bijeen.  Ik vond het ook super om spelletjes van nul uit te vinden, en liefst nog zo moeilijk, complex en raar mogelijk.

 

DUBBELPUNT: Deze Dubbelpunt is een dirty one.  Heb jij een dirty anekdote?

Jens: Als leiding van de toppers hebben we op kamp eens met ons mannen bommetjes in koeiendrollen gestoken.  Dan kreeg je fonteinen van kak en dat vonden we natuurlijk hilarisch grappig!

 

'In de Chiro kon iedereen grapjes maken over mijn epilepsie, maar ze waren er ook als het nodig was'

 

DUBBELPUNT: Je hebt zware epilepsie.  Hoe was dat toen je naar de Chiro ging?

Jens: Ik kreeg er ongeveer vanaf ketileeftijd last van.  Iedereen in de Chiro wist dat ze daar rekening mee moesten houden.  Ze konden daar wel goed mee omgaan, in die zin dat er vaak om gelachen werd, wat het makkelijker maakte om het te relativeren.  Maar als ik echt hulp nodig had, dan waren ze er ook voor mij.  Dat was de perfecte combo, eigenlijk: ik wist dat ik op iedereen kon rekenen en tegelijk kon er ook een moppeke over gemaakt worden.

 

DUBBELPUNT: En als leiding?

Jens: Mijn leden waren ervan op de hoogte.  We legden dat ook zo uit dat er geen paniek hoefde te zijn als ik zo'n aanval deed.  Echt iets ernstigs kan er niet echt gebeuren, dus paniek hoefde niet.  Ze gingen er dan ook heel goed mee om.  Ik ben er eigenlijk nooit rare dingen mee tegengekomen.

 

DUBBELPUNT: Is Chiro in die zin heilzaam geweest?

Jens: Ja, zéker!  Eerst en vooral omdat het in het begin van zo'n ziekte heel gemakkelijk is om in een soort isolement terecht te komen.  Als je je continu heel bewust bent van de risico's kom je op de duur gewoon niet meer buiten.  Dan kun je alleen leven in een kamer waarin alles met mousse afgeschermd is.  Ik heb dus wel wat drive nodig gehad om te kunnen zeggen: "Fuck it!.  We nemen die paar risico's erbij en we gaan er gewoon vollenbak voor.”  Maar heilzaam was het zeker, vooral omdat ik – ondanks de epilepsie – altijd goed aanvaard ben in de groep.  En hoewel het vaak vervelend was, heb ik het nooit als een hinderpaal ervaren.  Ik kom nog altijd met mijn vrienden samen en we doen nog altijd samen dingen.

Dat je nog veel mooie herinneringen aan de Chiro mag overhouden!  Bedankt voor het fijne interview, Jens.