De tijd gaat voorbij
Oud worden
Waar ik bang voor ben
is niet
de tijd dat ik kwijlen ga
mijn benen al bij bewegen
breken, dat ik gezichten even
snel verwissel als de dagen.
en mijn stoel een schuilplaats
is tegen de boze wereld buiten.
Het is niet voor de tijd
dat mijn vrienden alleen
op oude foto’s lachen
de telefoon steeds rinkelt
voor rouw en berichten
over gladde natte straten
en afbrokkelende botten
het is voor de tijd
dat niemand meer
mijn voornaam weet
waar ik bang voor ben.
(Leo Stilma, uit "Steenslag" Callenbach 1998, opgenomen in "vragen en meegaan", tekstenboekje van Spoor ZeS Welzijnszorg 2012)