Moeilijk gedrag, wat moet je ermee?

Moeilijk gedrag, wat moet je ermee?

Goeie reacties op moeilijke situaties

Een ribbel die urenlang tegenstribbelt, een rakwi die gepest wordt zonder dat je het doorhebt, een aspi die tegen zijn wil gekust wordt door een mede-aspi. Je weet waarschijnlijk niet meteen wat je moet doen, maar dit soort situaties komt in elke Chirowerking weleens voor. We geven aan de hand van enkele voorbeelden tips over hoe je het beste reageert.

Door Rijul en Fien

Moeilijk gedrag

Bij een kerstfeestje horen cadeautjes! Je hebt een muzikaal pak met opdrachtjes gemaakt voor de ribbels. Liz zit met een lang gezicht in de kring en roept herhaaldelijk dat ze het saai vindt. Ze duwt het pak bruusk naar de volgende ribbel.


Je hoeft niet altijd te reageren op ongewenst gedrag. Misschien wil Liz zo de aandacht trekken en houdt ze op als je haar gedrag negeert. Wie weet geniet ze na een tijdje zelfs van het spel en gaat ze mee op in het enthousiasme van de andere ribbels. Als ze echt niet stopt of als ze andere ribbels of zichzelf pijn doet door haar gedrag, dan kan je haar op een rustige manier aanspreken. Spreek dan vanuit je eigen ervaring, bijvoorbeeld: ‘Ik merk dat…’ of ‘Ik vind het spijtig dat…’. Let er verder op dat je haar gedrag benoemt en niet spreekt op Liz als persoon. 


Twee speelclubbers, Emile en Zita, willen tijdens het vieruurtje met dezelfde bal spelen. Zita pakt de bal af van Emile. Emile gaat duidelijk niet akkoord en schopt haar. Zita wordt erg boos en loopt weg. 


Wacht niet tot na het vieruurtje om te reageren, maar laat duidelijk weten dat je het gedrag afkeurt. Zo vermijd je verwarring en discussie over het gedrag. Straffen ontmijnt de conflictsituatie meestal niet, maar een goed gesprek doet dat wel. Daarvoor moeten de gemoederen van Emile en Zita eerst bedaren. Vraag hen dus om even aan de kant te gaan staan. Laat zo vaak als nodig weten dat geweld niet door de beugel kan en dat jullie erover zullen praten wanneer ze er klaar voor zijn. Is daarna alles opgelost met een snelle sorry? Laat Emile en Zita liever de situatie benoemen: ‘Wat is er gebeurd?’ Focus op hoe ze zich voelen, zodat ze elkaar leren begrijpen. Emile en Zita zullen wat meer hulp nodig hebben bij dat gesprek dan aspi’s. Vraag hoe ze de situatie kunnen oplossen, denk zelf actief mee en laat hen bijvoorbeeld kiezen. Bedank hen tot slot voor het gesprek.
 

Pestgedrag

Het is zondagavond. De Chironamiddag zit erop en de leiding praat nog wat na. Een vader komt bezorgd aankloppen en vraagt naar de rakwileiding. Zijn zoon, Lucas, is thuis in tranen uitgebarsten. De vader vertelt dat Lucas telkens als laatste gekozen wordt bij spelletjes en dat er voortdurend grapjes over hem gemaakt worden. Dat hadden jullie zelf nog niet opgemerkt. De vader beschuldigt jullie ervan dat jullie niet op tijd ingegrepen hebben. 


Als een kind vertelt over pestgedrag, voelen ouders zich vaak machteloos en kwaad. Het is dan belangrijk om als leiding een luisterende houding aan te nemen en om de bezorgdheid ernstig te nemen. Schiet niet in een verdedigende houding, maar focus op de getuigenis van Lucas. Ook veroordelende of ontkennende reacties zijn uit den boze. Je kan vragen wat Lucas thuis verteld heeft, hoe Lucas zijn gevoel beschrijft en of Lucas ook op school gepest wordt. Durf wel in te gaan tegen de vader als hij vraagt om de aangeduide pesters zwaar te straffen, bijvoorbeeld door hen niet mee te laten gaan op kamp. Benoem dat je Lucas wil helpen en koppel daarover terug naar de ouders. Vertel wat je ziet in de Chiro. Als je merkt dat Lucas inderdaad gepest wordt, onderneem je meteen stappen. Onthoud tot slot dat je er niet alleen voor staat. Je kan moeilijke situaties in vertrouwen met de (groeps)leiding of volwassen begeleiding bespreken. 

 

Je merkt samen met de andere titoleiding op dat Bente stiller is dan normaal en de laatste tijd minder naar de Chiro komt. Je hebt opgevangen dat sommige tito’s haar kwetsende bijnamen geven. Na observatie en overleg met je medeleiding maak je een praatje met Bente. Zij geeft aan dat ze zich rotslecht voelt in de Chiro. 


Pestgedrag is geen uitzondering bij de rakwi’s en tito’s. Bespreek samen met Bente hoe jullie de situatie zullen aanpakken. Onderneem geen acties die Bente zelf niet ziet zitten. Onthoud dat straffen bijna nooit helpt, maar eerder leidt tot meer negatieve gevoelens in de groep en zelfs tot wraak. De aanpak No Blame kan wel een oplossing bieden, in zeven stappen.

Bente en een leid.st.er 
STAP 1: Bespreek met Bente hoe ze zich voelt, wie erbij betrokken is en op welke manier. Vraag haar wie ze vertrouwt. 
Leg No Blame uit. Ziet Bente de aanpak zitten?

No Blame-groepje en een leid.st.er 
STAP 2: Verzamel zes tot acht tito’s die betrokken zijn bij het pesten, zoals afgesproken met Bente. Bente is er zelf niet bij, want dat kan te confronterend zijn.
STAP 3: Vertel dat je je zorgen maakt om Bente, zonder iemand te beschuldigen. Focus op emoties en niet op feiten, want over feiten kan discussie ontstaan.
STAP 4: Benadruk dat je niemand wil straffen, en dat je gewoon samen het probleem wil oplossen. De groep deelt de verantwoordelijkheid dat Bente zich thuis kan voelen in de Chiro. 
STAP 5: Brainstorm over oplossingen. Laat iedereen van het No Blame-groepje een voorstel doen dat begint met ‘ik’, zoals ‘Ik zal niet meer roddelen over Bente’ of ‘Ik zal vragen of Bente in mijn team wil.’ Voornemens met ‘wij’ zijn te vaak te algemeen en ‘jij’ klinkt bevelend.
STAP 6: Bedank de tito’s omdat ze mee nagedacht hebben over oplossingen. Zeg hen dat ze bij jou terechtkunnen en dat je zal nagaan hoe het loopt. 

Leden van het No Blame-groepje, Bente en een leid.st.er 
STAP 7: Ga twee weken later individueel na hoe het gaat met Bente en met elk lid van het No Blame-groepje.

Meer informatie vind je via tumult.be/nieuws/pak-pesten-aan-in-7-stappen.

Grensoverschrijdend gedrag 

Je speelt een ruw spel met de keti’s op het grasplein. Ze gooien zich hard in de strijd en na veel geduw en getrek is er eindelijk een winnaar. Voor het volgende spel ga je naar binnen. Je wacht op de laatste leden en wandelt achteraan. Eva komt plots alleen naast jou lopen en vertelt dat Arthur haar tijdens het spel meerdere keren in haar borsten kneep. Ze voelt zich erg ongemakkelijk bij het incident.


Bij ongewenst (fysiek) gedrag is het cruciaal om een goed beeld te krijgen van de situatie bij beide partijen. Keti’s zijn namelijk echte pubers. Sommigen zijn misschien al seksueel actief, terwijl anderen daar helemaal niet mee bezig zijn. Spreek Arthur erop aan. Misschien was het niet expres of bedoelde hij het niet zo? Blijf vooral neutraal en ga zeker een gesprek aan met zowel Arthur als Eva. 
Bij dat gesprek is het belangrijk om duidelijkheid te scheppen over wat kan en wat niet, zodat zulke situaties vermeden worden in de toekomst. Ze hoeven daarom achteraf geen handje te schudden. Het belangrijkste is dat Arthur begrijpt dat er bepaalde grenzen zijn en dat zijn gedrag als negatief ervaren wordt door Eva. Je kan ook een open gesprek houden met de groep of apart met de jongens en de meisjes zodat iedereen zich bewust is van onaanvaardbaar gedrag tijdens activiteiten in de Chiro.


Als afsluiter van de aspileefweek heb je samen met je medeleiding op vrijdagavond een feestje gepland. Tijdens het feestje sluipen twee aspi’s, Emma en Kobe, weg voor een nachtelijk avontuurtje. Achteraf kom je te weten dat Kobe Emma tot seks heeft gedwongen.


Bij deze situatie is het heel belangrijk om te weten dat je er als leiding niet alleen voor staat. Dit is best een extreme situatie, maar geen ondenkbare. Samen met de groepsleiding of VB kan je bekijken wat de beste oplossing hiervoor is. Ga zeker in gesprek met Emma. Als leiding ben je soms een vertrouwenspersoon voor je leden, en het kan zijn dat ze vragen om bepaalde zaken niet aan hun ouders te vertellen. Als het niet over strafbare feiten gaat, hoeft dat ook niet.
Maar weet dat je als leiding wel meldingsplicht hebt bij autoriteiten of de ouders als het wel over strafbare feiten gaat. Als je wat verder bladert in deze Dubbelpunt kom je meer te weten over organisaties waarbij je terechtkan met vragen over zulke zaken.

Geen idee hoe je met een moeilijke of extreme situatie moet omgaan? Je kan contact opnemen met het nationaal Chirosecretariaat via info@chiro.be of bellen naar 03-231 07 95.