Meikevers

Verhaal

Twee meikevers kwamen op dezelfde veertiende mei boven de grond, op zo’n goede meter van elkaar. De ene was een mooie donkerbruine, de andere een even mooie witte, een zogenaamde ‘molenaar’. De molenaar besloot naar het oosten te gaan. De bruine besloot naar het west en te gaan. Zo kwamen ze elkaar al spoedig tegen. Het was een prachtige, bijna zomerse dag en hun borsteltjes trilden van genot in het warme licht. Toen zagen ze elkaar. “Wat een mooie bruine kever,” dacht de witte, “kijk eens wat een diepe warme kleur!” En toen keek hij naar zichzelf en werd zo beschaamd dat hij de ogen neersloeg om ze nooit meer op te slaan. “Wat een mooie witte,” dacht de bruine, “hoe mooi glanzend dat gebroken wit zonder een vlekje!” Toen keek hij naar zichzelf en werd zo beschaamd dat hij de ogen neersloeg om ze nooit meer op te slaan. Moedeloos en met neergeslagen ogen kropen ze beiden terug vanwaar ze gekomen waren. Ze hebben nooit gevlogen.


DE ROECK B.P. – ‘Gras onder mijn voeten’


Werkvragen

Individueel: Wat vind je van jezelf dat je niet zo goed kan, waarvoor ben je soms verlegen?

Groep: Wat vind je dat Jan en Yasmine goed kunnen, waarin bewonder je hen?

Knutselopdracht

Zelfportretten op ware grootte. Hang stroken behangpapier of onbedrukt krantenpapier op, zoveel als er deelnemers zijn – zowel leden als leiding. Teken ieders silhouet op een strook en laat iedereen hun eigen portret inkleuren met verf of verscheidene technieken (collage, kleuren, natuurlijke materialen, enz.).

Je bent niet enkel je uiterlijk! Maak een collage van de dingen waar je voor staat.