De spiegel doorbreken

Doel

De jongeren denken na over hun kijk op zichzelf, de maatschappij en God. Ze durven erover met elkaar in gesprek gaan en zien het belang in van ontmoeting met de ander en de Ander.

 

Verloop


De spiegel doorbreken

naar het boek van Erik Galle

 

DEEL 1: SPIEGELTJE, SPIEGELTJE AAN DE WAND …

 

Er zijn veel soorten spiegels


Tekst 1: De horizon is weg

Een spiegel… Het is eigenlijk een heel speciaal fenomeen. Je kijkt er in en je wordt weerkaatst. Wat een ontdekking is het voor het kind wanneer het voor het eerst zichzelf kan zien in een spiegel. Het kind probeert de spiegel te verrassen door bijvoorbeeld gezichten te trekken, maar het kind beseft spoedig dat dit niet mogelijk is. De spiegel is altijd even snel en correct: de spiegel weerkaatst wat er zich voor hem beweegt, stil staat, hangt…

 

Opdracht 1

Wat is een spiegel?

Schrijf verschillende soorten spiegels op. Waar kom je ze tegen? Wat is hun functie?

Wie of wat zie je meestal in de spiegel?

 

 

Tekst 2

De spiegel bedenkt niets nieuws. De spiegel toont geen veranderingen, maar laat steevast zien wat er te zien is. Een spiegel bedriegt nooit, hij toont altijd de waarheid en niets dan de waarheid.

 

Opdracht 2

Ga nu opnieuw kijken in de verschillende spiegels. Doe een stap vooruit – achteruit.

Schrijf op wat je ziet in de spiegel?

Brengt het kijken in een spiegel je op ideeën? Welke?

Wat merk je nog op, buiten jezelf?

 

Tekst 3

Wanneer de horizon verdwijnt, is de enige horizon de mens zelf en wat hij maakt. Hoezeer de mens tracht zichzelf voorbij te lopen, de spiegel weerkaatst hem, houdt de mens gevangen.

Er is geen onder, achter, naast, boven. Er is alleen wat er vóór de spiegel is. Er komt niets van buiten naar binnen. Er zijn geen vensters die onze blik naar buiten richten, die ons oproepen te kijken rondom ons.

 

BESLUIT:          Wanneer we om ons heen kijken, zien we een wereld waar bij heel wat mensen
de horizon verdwenen is. Die wereld zonder horizon staat vol met spiegels, is één spiegelpaleis geworden, waar weerkaatsing de grens is.

Zonder horizon wordt alles eindig en ontbreekt de diepgang. De achterkant van de spiegel verbergt niets.



Opdracht 3

Hoe ervaar je onze maatschappij?

Heb je veel contact met leeftijdsgenoten? Waar? Wanneer?

Heb je vaak contact met anderen of met de parochie? Waar? Wanneer?

Hoeveel mensen ken je die in je straat wonen?

Ga je vaak op stap in de natuur? Vertel er eens over. (waarom?)

Wat zie je als je dan zo ver mogelijk kijkt? (bij mooi weer)

Kan je dit ook zien in een spiegel?

 

 

Enkele gevolgen van het leven tussen spiegels

 

1.     De tijd zonder perspectief

 

Tekst 4

 

Wanneer de horizon weg is, verdwijnt ook elk toekomstperspectief. Het leven wordt enkel het wegtikken van seconden, het vervliegen van uren en dagen en bij iedereen zegt: “Ik heb geen tijd.” Mensen veranderen in agendarobotten.

Zo verliest de tijd zijn spankracht: in plaats van bron van mogelijkheden, wordt hij een beperking. Alles moet in het hier en nu, onmiddellijk bereikt worden.

 

Opdracht 4

Denk even aan de tijd.

Hoe ervaar jij de tijd?

Wat doe je graag? Heb je daar voldoende tijd voor?

Je oma is ziek. Heb je nog tijd om haar te bezoeken?

Een geliefd persoon sterf. Heb je nog tijd om te rouwen?

Hoe verloopt een gewone dag?

Ontbreekt er volgens jou iets waarvoor je geen tijd hebt?

 

 

2.     Zelfbeeld … Spiegelbeeld

 

Tekst 5

 

Wanneer we in een spiegel kijken, zien we altijd eerst onszelf en worden we heel belangrijk. We zijn het middelpunt van alles geworden. Een spiegelcultuur heeft het moeilijk met alles wat anders is. De horizon wordt gevormd door het eigen ik: ik centraal, ik de beste. De andere heeft hierin geen plaats.

Hoe jammer toch wanneer de anderen mooier, groter, slanker, rijker zijn dan ik. Van dan af ontstaat een onafgebroken strijd, die wordt aangewakkerd door de reclame. Het lichaam staat daarin centraal. Dat is niet toevallig: in een spiegel zie je immers alleen het uiterlijke.

 

Opdracht 5

Als je recht voor een spiegel staat en kijkt, wie zie je dan als eerste?

(kruis aan) Spiegeltje, spiegeltje aan de wand …

… wie is de mooiste?

… wie is de grootste?

… wie is de beste?

… wie is de sterkste?

… wie is de rijkste?

Ga met twee of  drie voor een spiegel staan. Wie staat eerst? Waar staan de anderen? Staan ze gelijk met de eerste?

 

 

3.     Televisie: van venster naar spiegel

 

Geen tekstje, enkel bespreken.

 

Opdracht 6

Naar welke programma’s kijk je op TV?

Wat zie je het liefst? Waarom?

Wat vind je van het verband tussen de TV-programmatie en de kijkcijfers?

Wat verwacht je van een goed TV-programma?

 

 

4.     Almachtsdromen?

 

Geen tekstje, enkel bespreken.

 

Opdracht 7

Waarom denk je dat er oorlog wordt gevoerd?

Wie wint er bij oorlog?

Wie zijn de slachtoffers?

Wat vind je van de vooruitgang in de techniek?

Staat deze vooruitgang altijd ten dienste van de mens?

 

 

5.     Lichamelijkheid

 

Tekst 8

 

Wanneer we met ons lichaam alleen maar voor de spiegel gaan staan, zoeken we alleen maar naar ons eigen spiegelbeeld. Ons lichaam wordt pas een volwaardig lichaam in de ontmoeting met een ander. En een ontmoeting heeft vooral iets te maken met het graag zien van die ander.

 

 

Opdracht 8

Wanneer je in de spiegel kijkt, wat vind je dan van je lichaam? Vind je jezelf mooi?

Bestaat er voor jou zo iets als het ideale lichaam? Hoe ziet dat er uit?

Hoe ervaar je je eigen lichamelijkheid in contact, in relatie met een andere?

Waarom wil je jezelf mooi maken?

6.     Naar Zijn beeld en gelijkenis

 

Tekst 9

 

In een spiegelcultuur is God niet meer anders, niet meer de Andere. Op zo’n moment is men verwonderd dat God niet bevrijdend werkt, maar men vergeet dat er geen echte relatie is.


Opdracht 9

Waar komen volgende woorden vandaan? “Naar Zijn beeld en gelijkenis”

Hoe interpreteer je deze tekst?

Wat vind je van de volgende tekst?

‘God wordt in de spiegelcultuur ontworpen naar het beeld en de gelijkenis van de mens: hij is dan een betere uitgave van onszelf, de gebreken zijn weggelaten.”

 

DEEL 2: DE SPIEGEL DOORBREKEN

 

1.     Een stapsteen

 

Tekst 10

 

Mens worden is veel meer dan alleen zijn eigen spiegelbeeld najagen. Echte menswording gebeurt maar ten volle in de mate dat men zijn eigen spiegel doorbreekt. De mens is een relatie wezen. En echte relaties zijn er alleen wanneer het andere en de andere in het blikveld komen. Menswording is de stapsteen voor spiritualiteit, want spiritualiteit heeft ook altijd met ‘relaties’ te maken.

 

Opdracht 10

Wat is een stapsteen?

Hoe kan je weg geraken uit de spiegelcultuur?

Wat zie je wanneer je loskomt uit het gevangen zitten in de spiegelomgeving?

Wat betekent voor jou horizon?

 

 

2.     Mensen van de weg

 

Tekst 11

 

De spiegel doorbreken betekent dat men in beweging komt, het beginpunt van het echte ervaren. “Er-varen” wou oorspronkelijk zeggen “er voorbij trekken”. Men gaat weg, het leven wordt één lange reis. Je zou kunnen zeggen dat je een nieuwe naam krijgt: je wordt een pelgrim. Die naam zal je waarmaken door levenslang als mens op weg te gaan. Groeien doe je een leven lang, mens-worden ook.

 

Opdracht 11

Vind je het makkelijk je veilige thuis achter te laten?

Je bent al eens gaan logeren. Schrijf een paar van je gevoelens, herinneringen op. Hoe was het om het vertrouwde achter te laten? (de eerste keer? – nu?)

 

 

3.     Ontspiegelde glazen

 

Tekst 12

 

Dit is een volgende vraag op onze weg als pelgrims: op welke manier komen we in contact met wat onderweg op ons afkomt? Hoe zien we alles?

Zien we de dingen, de natuur, de mensen zoals ze zijn of kijken we met een niet-onspiegelde bril. Of anders gezegd: blijven we alles alleen vanuit onszelf bekijken. Het is een levenskunst de werkelijkheid te laten voor wat ze is:

*       Het luisteren naar iemand, zonder een vooroordeel te vormen

*       Het beleven van de natuur

*       Het samen catechese beleven door mee te zoeken

*       Als kind de werkelijkheid van een gezin ervaren

Het is anders dan leven in een cocon.

 

Opdracht 12

Iemand met een spiegelende zonnebril vraagt je de weg. Hoe ervaar je dat? Mis je iets?

Vind je zo’n spiegelende zonnebril tof? Waarom wel/niet?

 

 

4.     Wie gaat er op weg?

 

Tekst 13

 

Als pelgrim, kom ik niet alleen in contact met de buitenwereld, maar ook met mijn ‘binnenwereld’. Een mens ontdekt dat er meer is dan alleen zijn verstand. Hij ervaart gevoelens waarmee men rekening moet houden. Het is belangrijk zijn gevoelens te leren kennen en ze een juiste plaats te geven. Je gaat immers niet met het hoofd alleen op weg, maar met het hele wezen, met wie je bent. Je gaat op weg met je hele persoon.

Daarom moet je in het begin waarschijnlijk een langere tijd stilzitten  en naar jezelf luisteren, jezelf leren voelen, leren onderscheiden wat er allemaal in je leeft. Wanneer je op weg gaat is het immers belangrijk na te kijken of je alles mee hebt.

De eigen binnenwereld betreden is een wonderlijke ervaring. Wat zullen de gevoelens blij zijn wanneer je na zo’n lange tijd rekening met ze houdt. Het is een ontdekkingstocht ook van tegengestelde gevoelens.

 

Opdracht 13

Als je gaat wandelen in het bos wanneer het donker is, slaat je fantasie al wel eens op hol en zie en hoor je de dingen als monsters, spoken, achtervolgers … Wanneer verdwijnen die dingen weer?

 

 

We maken het nu enkele minuten stil, je krijgt geen specifieke opdracht om over na te denken, maar nadenken over de spiegelcultuur mag altijd natuurlijk. Of toch liever over iets anders?

Wat voor ervaring had je in de stilte?

Hoe zou je ze kunnen noemen?


5.     Waar is God?

 

Opdracht 14

Richt de ruimte gezellig in, met de bedoeling stilte te scheppen. Iedereen maakt het zich comfortabel. Hoe stellen we de spiegels op? De kaarsen, de verlichting? (geen muziek)

Dan luisteren we naar de tekst.

 

Tekst 14

 

Haar volle kracht bereikt de stilte wanneer men op een naamloze nacht alleen in het veld is. Wanneer men neerligt, terwijl er niemand nabij is wordt de stilte overweldigend. Zij vervult dan alle hoeken. Wie zich openstelt en luistert, die kan het overkomen dat hij zich plotseling geconfronteerd weet met een alles en allen omvattende macht, die ook hemzelf met een geheimzinnige grootheid doordringt, hem in zich opneemt en overtuigt van de aanwezigheid van het mysterie.

 

Wanneer je je tot God wendt zal de stilte ook vlug je gezel worden. God antwoordt niet met vele woorden, antwoordt niet zomaar op al onze vragen en verlangens, ook niet op het moment dat we het verwachten. God laat zich niet inkapselen in onze wensen en dromen. Hij is meer, Hij is anders.

De stilte is een goede leerschool. Je kan op de muur van de stilte bonken, je zal alleen jezelf horen, alleen het bekende. Hoe heel anders is het wanneer je de stilte als een antwoord kan beluisteren. De stilte spreekt een heel eigen taal, de taal van het andere, de andere, de Andere. De stilte kan ons helpen om de spiegel te doorbreken om tot een relatie te komen, om het veld van verbondenheid met medemens en God te betreden.

Op zoek op naar meer inhoudelijke werkvormen?

Surf naar www.ijd.be

Materiaal

/* Style Definitions */ table.MsoNormalTable {mso-style-name:Standaardtabel; mso-tstyle-rowband-size:0; mso-tstyle-colband-size:0; mso-style-noshow:yes; mso-style-priority:99; mso-style-qformat:yes; mso-style-parent:""; mso-padding-alt:0cm 5.4pt 0cm 5.4pt; mso-para-margin:0cm; mso-para-margin-bottom:.0001pt; mso-pagination:widow-orphan; font-size:10.0pt; font-family:"Times New Roman","serif";} Teksten, schrijfgerief, kopies met vragen, materiaal om een bezinningsruimte aan te kleden

Duur: 120 minuten
Groepen: 1
Intensiteit: 1
Leeftijd: van 15 tot 18 jaaar
Spelers: van 1 tot 99
Soort: themaspelen
Terrein: binnen
Thema's: geloof