Ballonbal
Je spant een net (of een touw). Aan elke kant staat er één ploeg. Een waterballon vervangt een gewone bal. Die wordt telkens over het net gegooid.
Spelregels:
* Wordt de ballon niet gevangen, dan krijgt de andere ploeg een punt.
* Wordt de ballon buiten het spelterrein gesmeten, dan krijgt de andere ploeg een punt.
* Wordt de ballon wel gevangen, dan is er niets aan de hand en mag die gewoon teruggegooid worden.
* Klapt de ballon bij het vangen, dan moet die persoon van team veranderen.
* Klapt de ballon tijdens het vallen, wordt er opnieuw gespeeld.
Je bepaalt best vooraf hoe lang je speelt.
Wil je het iets moeilijker (en spannender) maken, dan kan je het net vervangen door een laken of een groot stuk plastiek. De spelende ploeg weet niet waar ze moet gooien, de ontvangende ploeg weet niet vanwaar de ballon zal komen.