Hoera!

Jullie vertrekken binnenkort op kamp! De Dienst Artistieke Activiteiten (D’ArtA) helpt je graag om je kamp nog knotsgekker te maken; een totaalervaring voor de deelnemers! Hier vind je:

• Tips voor de inkleding van je kamp

• Methodieken om op je vergadering te gebruiken

Graag extra ondersteuning in het creatieve proces? Laat je inspireren door de workshop Storylicious van D'ArtA!

Stappenplan 

1. Een thema uitkiezen
2. Het themaverhaal uitwerken
3. Je themamomenten bedenken en uitwerken
4. De locatie aankleden
 

Hoe pak je dat aan met je begeleidingsploeg?

• In elke ploeg zal de voorbereiding voor een kamp anders verlopen. Bekijk eens met de trekkers welke onderwerpen je kan inplannen op welke vergadering en voor welke methodieken je tijd kan maken.

• Op de vergadering samen nadenken over thema’s en zotte momentjes is plezant! Niet alleen kan het werken als ijsbreker binnen een samengestelde leidingsploeg, maar ook in de eerder traditionele Chirogroepen is het een onderwerp dat enthousiasme opwekt bij de leiding.

• Kan je op de vergadering geen tijd maken om al activiteiten uit te werken? Richt dan werkgroepen op! Het is sowieso een goed idee om tijdens een van de eerste vergaderingen tijd vrij te maken om ideeën te genereren. Zo is iedereen op de hoogte, inspireer je elkaar en schieten de werkgroepjes sneller uit de startblokken.

Stappenplan 

1. Een thema uitkiezen

2. Het themaverhaal uitwerken

3. Je themamomenten bedenken en uitwerken

4. De locatie aankleden

Hoe pak je dat aan met je begeleidingsploeg?

• In elke ploeg zal de voorbereiding voor een kamp anders verlopen. Bekijk eens met de trekkers welke onderwerpen je kan inplannen op welke vergadering en voor welke methodieken je tijd kan maken.

• Op de vergadering samen nadenken over thema’s en zotte momentjes is plezant! Niet alleen kan het werken als ijsbreker binnen een samengestelde leidingsploeg, maar ook in de eerder traditionele Chirogroepen is het een onderwerp dat enthousiasme opwekt bij de leiding.

• Kan je op de vergadering geen tijd maken om al activiteiten uit te werken? Richt dan werkgroepen op! Het is sowieso een goed idee om tijdens een van de eerste vergaderingen tijd vrij te maken om ideeën te genereren. Zo is iedereen op de hoogte, inspireer je elkaar en schieten de werkgroepjes sneller uit de startblokken.

1.Thema uitkiezen

Brainstorm

Random brainstorm

• Een zak letterkoekjes zorgt voor de eerste letters van een woord!

• Mag het een beetje digitaler? Haal die smartphone boven en zoek op het internet naar een ‘willekeurige woordengenerator’. Laat iedereen hun smartphone bovenhalen en een aantal woorden genereren. Iedereen mag één leuk woord in het groot op een blad papier noteren. Daarna verspreid je de papieren over de ruimte. Geef de groep vijf (of tien) minuten de tijd om ideetjes bij die woorden te noteren. Als de leidingsploeg te groot is, is het niet erg dat niet iedereen elk papier gezien heeft. De oefening duurt anders erg lang.

• Zorg voor boekjes, Chirobrochures, kranten, memes, quotes... Laat mensen beelden en woorden kiezen, uitknippen en opplakken, en er een thema mee verzinnen. Je kan dingen met elkaar combineren om een verhaal te schetsen. Grote groep? In duo’s werken kan een oplossing bieden!

Gerichte brainstorm

Gaat je kamp over een specifiek thema? Is de helft van je leidingsploeg gefascineerd door Disneyfilms? Misschien wil je weleens iets doen rond het jaarthema? Doe dan een associatieoefening en vertrek vanuit dat concept. Met een mindmap bouw je visueel verder op elkaars ideeën. Is je mindmap klaar? Bekijk dan eens of je ideeën kan combineren.

Een keuze maken

Enkele methodieken om je keuze te maken:

• Van welk thema wordt de groep enthousiast? Laat je horen, maak lawaai en beweeg! Haal er de thema’s uit waar veel enthousiasme voor is. Hou er rekening mee dat sommige mensen wat luider zijn dan andere. Kijk vooral waarvoor er veel mensen enthousiast zijn. Je kan altijd achteraf nog een stemming houden.

• Snelle stemming. Verzamel alle ideetjes. Iedereen mag een, twee of drie streepjes trekken bij een idee (drie = favoriet). Het idee met de meeste streepjes wint.

Leven er veel leuke ideeën? Kan je er misschien zelfs een aantal combineren? Dat geeft vaak nog originelere resultaten!

2. Themaverhaal

Wat is het concept van jullie thema? Is er een bepaalde verhaallijn, een plottwist, een clou in het verhaal die de deelnemers niet mogen missen? Dan schrijf je dat best zo snel mogelijk uit zodat alle andere activiteiten daarop voort kunnen bouwen. Dat is een taak voor een werkgroepje dat snel in actie kan schieten en het resultaat naar de anderen doorstuurt.

Enkele tips

• Hou het simpel! Maak het verhaal niet te ingewikkeld met al te veel personages en plottwists. Anders raken deelnemers de draad kwijt.

• Een verhaallijn per dag kan handig zijn om later activiteiten aan je thema te linken.

• Wie zijn je hoofdpersonages? Die kan je alvast uitdiepen.

Methodiek om een verhaallijn te verzinnen

Deze methodiek kun je doorgeven aan een werkgroepje.

• Iedereen schrijft vijf woorden op die in hen opkomen bij het thema op een papiertje. Denk daarbij aan voorwerpen, personen, plaatsen, gebeurtenissen, enz. Verzamel de papiertjes. Iemand trekt drie papiertjes en probeert de drie woorden te verbinden tot een verhaal van enkele zinnen. Daarna trekt de volgende drie papiertjes en die bouwt verder op het verhaal van de vorige. Je moet het verhaal niet letterlijk overnemen, maar het kan een aanzet zijn voor een originele verhaallijn.

• Op het internet vind je handige ‘plot generators’. Vul enkele gegevens in en zij helpen je een verhaal opbouwen.

To neel or not to neel?

Het is altijd leuk als de begeleiding verkleed als een personage de deelnemers meeneemt in het verhaal. Dat moet niet altijd in een vast toneelmoment. Het is leuk om dat op verschillende momenten te laten gebeuren, zoals bij het onthaal, een massaspel, bij aanvang van de laver, tijdens een tafelmomentje, enz. Is er begeleiding enthousiast om een toneeltje te verzinnen en te spelen? Laat hen dat dan zeker doen!

Tips en ideeën voor toneeltjes

Tekst of improvisatie?

Schrijf je graag de tekst uit? Dan mag dat zeker! Hou er wel rekening mee dat niet iedereen die altijd nauwgezet zal volgen. Plan indien mogelijk een korte doorloop in. Wat je het beste wel minstens doet, is een verhaallijn uitschrijven per toneelmoment. Wat moet er in dat toneelstukje gebeuren en wie moet wat zeker zeggen? Ruimte voor improvisatie is leuk en lijkt vaak natuurlijker, maar niet iedereen is daar even goed in en té veel improvisatie leidt ons misschien weer te ver weg van de clou van het verhaal.

Personages

Zorg voor duidelijke beschrijvingen van de personages: naam, karakter, trekjes, taalgebruik, kleding, enz. Een karakter uitdiepen, maakt het gemakkelijker om je in te leven! Je kan dat natuurlijk ook samen met de acteurs doen.

Acteurs gezocht

Niet iedereen speelt graag toneel, maar het is wel leuk om iedereen erbij te betrekken. Kan je de begeleiding misschien eens inschakelen als boom of schaap in de wei?
Anderzijds zijn er misschien wel superacteertalenten bij de deelnemers. Kan je in het geheim een kleine rol geven aan een of meerdere deelnemers? Dat zorgt voor een leuke verrassing!

Durf experimenteren

Zitten de acteurs verscholen in het publiek, vindt het toneel plaats in de toiletten, bepalen de deelnemers mee het einde van het verhaal, enz.?

3. Themamomenten 

Onthaalspel, massaspel en laver: dat zijn de meest gekende themamomenten. Spelen in elkaar steken, daar zijn we in de Chiro sowieso goed in! Wil je het thema helemaal laten doorsijpelen? Denk dan ook aan kleine momenten zoals:

• Pauzes

• Tafelmomentjes

• Het afscheid (een aandenken!)

• Ploegverdelingen

• Leefregels mededelen

• Water brengen naar de afdelingen

• ...

Voorbeelden

• Een minifuif voor maxipret tijdens het vieruurtje, met een van de hoofdpersonages als dj.

• De leefregels worden uitgelegd in een filmpje dat de begeleiding vooraf opnam.

• De begeleiding wordt voorgesteld met een kort rijmpje. Ze komen zoals in een spectaculair spelprogramma het podium op.

• Verkleed als vissen brengt de technische ploeg water naar alle afdelingen.

Al die kleine activiteiten zijn kleine taken die je kan verdelen. Als je de tijd hebt, laat je iedereen ideetjes bedenken tijdens een vergadering. Zo schieten ze later sneller uit de startblokken. Organiseer ook een korte terugkoppeling in grote groep. Zo inspireer je elkaar.

Denk aan:

• Welke sfeer wil je creëren? Iets actiefs, een rustmoment, een feestje, ...

• Wat wil je bereiken? Thema introduceren, deelnemers leggen nieuwe contacten, enz.

• Zorg dat je de verhaallijn tussen de verschillende momenten goed op elkaar afstemt. Je kan een aftakking van het verhaal creëren tijdens een massaspel, maar zorg dat het plaatje klopt!

• Denk zoveel mogelijk vanuit je thema. Alle tussendoortjes of onverwachte verschijningen maken je kamp nog dat tikkeltje onvergetelijker!

4. Locatie aankleden 

Een decor voor je toneel is misschien het eerste waar je aan denkt, maar met kleine details in onverwachte hoekjes kan je je thema extra in de verf zetten.

Methodiek

1. Voorbereiding: maak een oplijsting van de locaties waar de deelnemers vertoeven tijdens het kamp. Noteer alle locaties op aparte flappen. Voorbeelden: grote zaal, groepslokaal, refter, buiten (terras), slaapzalen, wc’s, gangen, enz. Zorg nog voor enkele lege flappen. Misschien denkt er iemand van de begeleiding nog aan een locatie.

2. Geef de begeleiding vijf à tien minuten de tijd om op alle flappen een aantal ideetjes te noteren over aankleding/decor. Het is belangrijk om nog niet te hard te letten op wat anderen schrijven, want in ronde twee gaan we voortbouwen op elkaars ideeën.

3. Verdeel de ploeg over de locaties. Aan elke flap zitten er dus een paar mensen. Ze bekijken de ideeën en kiezen er een aantal uit die ze verder uitwerken. De boodschap hier is: “hoe maak ik dingen nog...”, als in: hoe maak ik dingen nog grootster, origineler, echter, prikkelender, interactiever, maffer... . De ideeën mogen groots zijn. Later wordt bekeken wat haalbaar is of hoe iets haalbaar gemaakt kan worden!

4. Zoek een werkgroepje dat de aankleding verder wil uitwerken. Zij kunnen per locatie een knoop doorhakken over de aankleding en voor het geheel een knutsellijst en materiaallijst opstellen.

Praktisch

De materiaallijst verstuur je het beste zo snel mogelijk naar de hele ploeg. Als er iets moeilijk te vinden of te duur is, kan je dan nog een plan B verzinnen. Plan het knutselmoment aan het begin van jullie traject in, samen met alle andere vergaderingen, zodat er zeker veel volk aanwezig is.

Checklist

1. Thema kiezen

Brainstormen met de ploeg. 

2. Themaverhaal uitschrijven

• Een algemene verhaallijn is belangrijk om je activiteiten op af te stemmen.

• To neel or not to neel? Maak de beslissing met je ploeg.

• Maak het niet te complex!

3. Themamomenten uitwerken

• Onthaal, massaspel en laver zijn essentieel!

• Denk ook aan: pauzes, tafelmomentjes, afscheid, aandenken, drinken brengen, groepsverdeling, leefregels meedelen, enz.

• Activiteiten in thema: zorg dat je verhaallijn klopt.

4. Locatie aankleden

• Onthaal = eerste indruk

• Denk ook aan: grote zaal, slaapzaal, wc’s, refter, buiten, enz.

• Zorg voor wat variatie, er mag al eens iets veranderen tijdens een kamp!

Praktisch​​​​​​​

• Werk eerst je verhaal in grote lijnen uit en stem al je activiteiten en kleine tussendoortjes daarop af!
• Maak werkgroepjes en verdeel de taken.
• Zorg voor een goede materiaal- en knutsellijst per moment.
• Idem voor de kleine tussendoortjes.

• Plan goed op voorhand een knutseldag in.