Feiten vs fabels: test je bivak-IQ

Feiten vs fabels: test je bivak-IQ

'Nee, voor een wespennest bel je niet de 112'  

Op kamp gaan met een hele bende enthousiaste bengels is een superleuke uitdaging, maar brengt ook zorgen en verantwoordelijkheden met zich mee.  Kun jij de feiten van de fabels onderscheiden?

Door Lotte en Evelien

1.  Een tekenbeet verdoof je het beste eerst met ontsmettende alcohol

-> FABEL

Alcohol op een teek is not donewant dat doet het risico op besmetting met de ziekte van Lyme toenemen.  Nadat de teek verwijderd is, mag je het wondje wel schoonmaken met water en het ontsmetten.  Een teek weghalen doe je het beste met een tekentang of pincet, en als je die niet hebt met je vingers.  Neem de teek vast bij zijn kop, zo dicht mogelijk tegen de huid, en trekt hem voorzichtig maar in een rechte beweging uit de huid.  Nadien maak je de wond schoon, en teken je een kring rond de plek waar de teek zat.  Zo kun je makkelijk in het oog houden of er geen grote rode vlek ontstaat, want anders contacteer je het beste een arts.  Verwijder een teek zo snel mogelijk, liefst binnen de 24 uur.  Teken vermijden?  Zorg ervoor dat iedereen bedekkende kledij en gesloten schoenen aanheeft als je de bossen of velden in gaat, en vergeet ook zeker niet een pet op je hoofd te zetten.

 

2.  Ribbels kunnen probleemloos tien kilometer op een dag stappen

-> FABEL

Hoewel wandelen geen exacte wetenschap is en externe factoren als weer, omgeving en hoelang je al op kamp bent een rol spelen in wat je leden aankunnen, zijn er toch enkele richtlijnen.  Voor ribbels kun je het beste tochten van maximaal zo'n vijf à zes kilometer uitstippelen, voor speelclubbers mogen dat er al een of twee meer zijn.  Rakwi's kunnen ongeveer twaalf kilometer lang marcheren, en vanaf tito's komt het er vooral op aan je gezond verstand te gebruiken om een realistische inschatting te doen.  Een goeie maatstaf is hun leeftijd: meestal kunnen kinderen ongeveer evenveel kilometer op een dag wandelen als het aantal jaren dat ze al op de wereld zijn.  Tips om veilig op tocht te vertrekken, vind je hier.

 

3.  In Wallonië moet je voor elke bosactiviteit een aanvraag doen

->FEIT

Om vrij te mogen spelen of hout te sprokkelen in een bos in Wallonië moet je vóór 1 mei toestemming vragen bij het Waalse bosbeheer.  Het aanvraagformulier vind je op opkamp.be/toelatingen-wallonie.  Zorg dat je altijd een kaartje toevoegt van het stuk bos waarin je wilt spelen.  Bij je aanvraag krijg je ook de contactgegevens van de bevoegde boswachter.  Informeer voor je vertrek even of alles in orde is!

Hoe dat in Vlaanderen zit?  Check deze checklist voor meer info.

 

4.  Met een verkeersbord C4 kun je een grote groep fietsers veilig laten oversteken

-> FABEL

Het verkeersbord in kwestie heet C3, en je mag er enkel het verkeer mee stilleggen als je 'wegkapitein' van een groep (minstens vijftien) fietsers bent.  Je moet dan echter ook aan een aantal extra voorwaarden voldoen: minstens 21 jaar zijn, een fluohesje aanhebben én een armband in de Belgische driekleur dragen.  Ben je te voet met een groep op stap, dan mag je ook een C3-bordje meedragen, maar dan mag je dat enkel gebruiken om je groep bij het oversteken extra zichtbaarheid te geven door het in de lucht te steken.  Te voet mag je er dus níét het verkeer mee stilleggen.  Meer info hier.

 

5.  In de Oostkantons is het verboden om een put te graven voor je gft-afval

-> FEIT

Het lijkt misschien milieuvriendelijk maar het is het niet, dus is het in de Oostkantons (de streek rond Eupen, Malmedy en Sankt Vith) én Vlaanderen verboden tijdens je bivak een put te graven om je groente- en fruitafval in te gooien.  Doe je het toch, dan riskeer je een fikse boete wegens sluikstorten.  Als alternatief kun je een composthoop maken, compostcontainers gebruiken of een stel kippen meenemen op kamp.  Ook een put voor een hudo mag je bijna nergens graven in de Oostkantons.  Wees dus voorbereid!

 

6.  Bij heimwee praat je met kinderen beter niet over thuis, want zo maak je het alleen maar erger

-> FABEL

Wanneer een van je leden heimwee heeft, helpt het niet om hier boos of teleurgesteld over te zijn, als in "het is hier toch leuk” of “waarom ben je nu zo verdrietig?".  Het kind heeft zelf ook liever geen heimwee en het is dan ook goed om begrip te tonen voor het gevoel dat het kind heeft.  Maar daarnaast is het wel goed om aan te geven dat je erop vertrouwt dat de heimwee snel weer over zal gaan, wanneer het kind wat meer gewend is geraakt aan het kamp en de kampplaats.  Erover praten is dus goed, maar zorg daarna ook weer voor afleiding.  Want juist door die afleiding ervaart het kind opnieuw de plezierige delen van het kamp.

 

7.  Brandwonden koel je af met ijskoud water

-> FABEL

De regel 'eerst water, de rest komt later' klopt wel, maar dan met lauw, stromend water van ongeveer 20 graden.  Ook belangrijk: doe het binnen de 20 minuten na het oplopen van de brandwonde, want een half uur later baat het niet meer.

Koelen is belangrijk om de ernst van de brandwonde te beperken en om de genezing te bevorderen.  Maar als je té koud water gebruikt, is het shockeffect te groot en is er kans op onderkoeling.

 

8.  Voor het weghalen van een wespennest bel je 112

-> FABEL 

Nee, je belt niet de 112 als je een wespennest ziet.  Dat is een noodnummer, en een wespennest is geen noodsituatie.  Je belt best ook geen professionele verdelgfirma of een zogenaamde 'wespendokter', want dan betaal je al snel tussen de tachtig en de honderd euro!  Als je een wespennest opmerkt dat een bedreiging vormt voor de omgeving (en dat is op een jeugdkamp meestal wel het geval), bel dan de brandweer.  Die komt het in de meeste steden en gemeenten gratis en anders voor een kleine prijs weghalen.  Hangt het nest op een niet-gevaarlijke plaats, bijvoorbeeld een afgelegen hoek van jullie terrein, dan zal het jullie in de meeste gevallen wel geld kosten.  Voor meer info surf je best even naar de site van de gemeente waar jullie op kamp zijn.

 

9.  Je mag als leiding niet zonder toestemming pijnstillers geven aan kinderen 

-> FEIT

Nee, dat mag dus niet.  Ook niet als dat geneesmiddel zonder voorschrift te verkrijgen is,.  Medicatie geven is voorbehouden voor artsen, apothekers en verpleegkundigen.  Alle andere personen die geneesmiddelen geven, zijn in principe strafbaar.  Je mag minderjarigen enkel medicatie geven als je:

  • een voorschrift hebt van een arts
  • schriftelijke toestemming hebt van de ouders

De reden daarvoor is dat je als leiding aansprakelijk gesteld kunt worden voor eventuele lichamelijke schade als een kind een allergische reactie zou krijgen op het medicijn.

 

10.  Je keti's aan het kampvuur één pintje laten drinken, is oké

-> FABEL

Waarschijnlijk zijn nog niet al jullie keti's zestien jaar, en de wet schrijft voor dat je pas alcohol mag drinken vanaf dan.  Als je dat dus wel zou toelaten, overtreed je de wet.  Oké, en wat met die helft die wel al zestien is?  Goh, als je hen wel pintjes zou geven, is dat ook niet bepaald bevorderlijk voor de groepssfeer. Daarom adviseren wij om gewoon nog even te wachten tot ze aspi of leiding zijn.

Goede afspraken maken goede vrienden, maak daarom vooraf met je groep duidelijke afspraken over alcoholgebruik, bijvoorbeeld door samen een charter op te stellen.  Op die manier kun je vervelende situaties vermijden.  En als leiding geef je natuurlijk het goede voorbeeld.  Op zoek naar een goede manier om hierover afspraken te maken?  Ga aan de slag met de spelmethodiek van ‘Za/ot op Kamp’.  Die vind je hier