EHBGOK (Eerste hulp bij gevoelens op kamp)

EHBGOK (Eerste hulp bij gevoelens op kamp)

Op kamp gebeurt er heel veel, er wordt gespeeld, gelachen, gehuild en vooral heel veel pret gemaakt. Tijdens het kamp komen er bij de leden (en medeleiding) verschillende gevoelens naar boven. Hoe ga je hier als leiding mee om op kamp? Iedereen is anders, en zo gaat ook iedereen op een andere manier met gevoelens om, pin je dus niet teveel vast op deze handleiding, maar probeer samen met jouw medeleiding of groep uit wat er voor jullie werkt.

Heimwee

Het verlangen naar de mama, papa, hond, broertjes en zusjes of thuis is een typisch kampgevoel, waar zowel de oudste als de jongste leden last van kunnen hebben. Bij de jongere leden vertaalt heimwee zich vaak naar (vermeende) misselijkheid, buikpijn en een somber gevoel. Gelukkig zijn er enkele tips over hoe je met heimwee om kunt gaan, naast natuurlijk heel hard spelen, wat zeker de beste remedie is. 

  • Praten over  de ouders, broers, zussen of leuke zaken thuis. Dit klinkt misschien gek omdat er dan tijd gemaakt wordt om aan thuis te denken, maar over deze leuke gedachten of herinneringen praten helpt vaak om een beetje af te leiden. Bovendien praten jonge kinderen ook graag over hoe leuk het thuis is. Je kan dit ook in spelvorm gieten bv: alle spelers zitten in een kring, en ieder kind mag één voor één iets benoemen dat hij thuis heeft (bv: een hond, voetbal, schilderij) alle kinderen die dit thuis ook hebben mogen dan een plaatsje opschuiven, diegene die dit thuis niet hebben blijven op hun plek zitten. Zo komen de spelers op elkaars schoot terecht. Je mag niet doorschuiven met iemand op je schoot en moet om ter eerst de kring rond zijn. 
  • Vraag aan kinderen die buikpijn, weinig eetlust of moeilijkheden om te slapen hebben even of ze misschien iets van thuis missen. Als ze iets van thuis mee hebben (bv: een knuffel of kussensloop) is het goed om hier ook even over te praten. Probeer het kind ook uit te leggen dat het kamp niet eeuwig duurt en dat het best snel terug thuis zal zijn.
  • Zorg voor niet teveel lege momenten, speel ook aan tafel na het eten kleine spelletjes als de kinderen nog moeten wachten, zo vermijd je momenten waarin er veel gepiekerd wordt.
  • Oudere leden: je lief missen, het kan! Erken het gevoel. En maak goede afspraken over gsm-gebruik. 

Angst

Angst kan er om verschillende redenen zijn op kamp, bang om in een tent te slapen, angst voor onbekende spelletjes, een griezelverhaal, een optreden op de laatste avond of natuurlijk een nachtspel of schriktocht. Sommige kinderen hebben meer last van angsten als anderen. Dit heeft natuurlijk met verschillende zaken te maken, maar iedereen is wel al eens bang geweest. Maak angst voor iedereen normaal zodat er niet met gelachen wordt, en bespreek in een kring met je groep wanneer iedereen al eens bang geweest is. Geef als leiding zelf een leuk verhaal of vertel een leuke anekdote van een moment waarop je bang geweest ben, zodat je leden ook horen dat bang zijn mag, heel normaal is en bovendien ook grappig kan zijn. Zo stimuleer je ook om de andere leden een verhaal te laten vertellen. Wanneer kinderen na bang te zijn toch meedoen met een activiteit, neem dan ook even tijd om met hen te bespreken hoe ze het achteraf vonden en of de angst terecht was, of dat het eigenlijk wel is meegevallen. 

Blijdschap 

Van dit gevoel kan er op kamp gewoon niet genoeg zijn, leuke spelletjes, goed weer, lekker eten en spannende gebeurtenissen, zorgen ervoor dat een kamp natuurlijk ook gewoon supertof is. Rond dit gevoel staan we daarom niet teveel stil, al is het wel steeds leuk om eens in groep te bespreken, wat nu de leukste of tofste momenten van de dag/ het kamp waren. 

  • Tip en Top: Vraag aan je leden een tip om de dag nog leuker te maken. En een top, dat is/was topper van de dag.
  • Snoepjes! Habriboo heeft snoepjes in de vorm van aarbeiden en eitjes. Laat de leden een aardbei of ei nemen en ze zeggen:
    • Ik ben Aardblei omdat …. 
    • Ik zit met een ei omdat ….

Verliefdheid

Op een kamp is het bijna onmogelijk om dit gevoel niet te ervaren. Zeker in gemengde groepen wordt er reeds op jonge leeftijd over gepraat en zijn de leden hiermee bezig. Ook bij de leiding is het niet uitgesloten dat er na enkele dagen intensief samenleven op kamp iets moois bloeit. Maar hoe ga je als leiding om met verliefdheid binnen de groep? Enkele do’s en dont’s .
DO:

  • Maak met je medeleiding afspraken over wat wel en niet kan in kamp (samen slapen, wat tijdens de activiteiten,…). Communiceer ook duidelijk de afspraken voor leden met hen. 
  • Speel afhankelijk van de leeftijd van je groep spelletjes rond het thema: ontrouwe echtgenoot, verleidertje, blackbox (voor de oudere leden). Maar waak er steeds over dat er een veilige sfeer is. Want verliefdheid kan soms ook zeer kwetsend uitdraaien.
  • Sta je leden te woord indien ze vragen hebben over verliefdheid of seksualiteit. Weet je hethet antwoord niet goed of wordt het te persoonlijk? Wimpel dit niet weg maar zorg dat de vraag ergens anders een plek krijgt. 

DONT:

  • Maak je leden niet belachelijk voor de andere leden wanneer ze je toevertrouwen op iemand verliefd te zijn. Vertel het ook niet door indien ze vragen dit niet te doen.
  • Zorg dat mensen niet gepest worden wanneer ze toegeven iets voor iemand te voelen (medelid, popidool, …). Sta niet toe dat hier de hele tijd mopjes of liedjes over gemaakt worden.
  • Straf koppeltjes niet te hard omwille van verliefd gedrag. Praat met hen en maak hen duidelijk dat het tijdens activiteiten kan storen als ze heel de tijd bij elkaar zitten, kussen, ….

Verdriet

Jammer genoeg is ook verdriet een gevoel dat zeker kan voorkomen op kamp. Vaak vooral wanneer het kamp er bijna opzit, het tijd is om afscheid te nemen, of wanneer leiding de Chiro verlaat en een afscheid op kamp krijgt. Maar soms heeft verdriet ook een externe oorzaak. Zo kan er op het thuisfront misschien iets gebeurd zijn. Ook hier kan je tijdens de het kamp iets met doen, vooral op het moment dat de droevige stemming overheerst op kamp, is het een goed idee om dit moment om te buigen. Dit kan op verschillende manieren: 

  • Speel een leuk spel, improvisatiespelletjes zijn met oudere leden altijd leuk omdat ze dan zelf ook actief bezig zijn met het acteren of meespelen van een situatie. 
  • Zit samen met de groep en vertel over de leuke gebeurtenissen of momenten die je op kamp, of samen met de leider of leidster die stopt met de Chiro beleefd hebt. 
  • Laat je groep de laatste avond op kamp eens vertellen wat ze de leukste activiteit vonden op kamp. 
  • Maak duidelijk dat een afscheid van de Chiro niet voor eeuwig is en je nog steeds trouw aanwezig zult zijn op spaghettiavonden, kampbezoeken, chirofuiven of quizen,….
  • Soms kan het slim zijn om niet in groep, maar enkel met de persoon in kwestie te spreken. Probeer ook af te sluiten, in geval van klein verdriet.
  • Zoveel mogelijk voor afleiding zorgen, kan ook.
  • En de ‘niet-wenen-spray’ al gebruikt? Dat doet wonderen ;) 

Boos

Er zijn twee soorten boosheid: op mensen en op situaties. Maar de combinatie kan zeker ook. Het kampgebeuren zorgt voor een stresssituatie, waardoor alles sneller kan escaleren. Daarnaast heeft boosheid een grote impact op het kampgebeuren, dus laat het liggen of escaleren.

  • Maak frustraties (vooral bij oudere leden en leiding) bespreekbaar (ev. Via methodiek)
  • Zorg dat mensen die té boos zijn een time-out kans hebben om erna eventueel in gesprek te gaan. 
  • Ga op zoek naar de echte reden. Vaak is de emmer vol door andere zaken en is de reden die wordt aangehaald gewoon net de druppel.
  • Haal er eventueel een 3e partij bij om gesprek in goede banen te leiden. Zorg dat die persoon neutraal genoeg is.

Op kamp hebben al deze gevoelens een plek. Ze maken een kamp echt tot een kamp. En uit deze intense momenten kunnen mooie herinneringen ontstaan. Zorg voor elkaar!