Drop it!
Drop it!
Drop it!
Van een tocht met visgraten of 'bolleke-pijl' tot je leden met de auto op een bepaald punt afzetten met als enige opdracht 'geraak zo snel mogelijk terug': droppings zijn er in vormen en maten. Wij geven je enkele ideetjes om ze te tunen.
Door Lotte, Keltoume en Kato
Op stap met De Mol
Verdeel je deelnemers in groepjes van vier, en drop hen niet te ver van elkaar. Duid in elke groep een mol aan, die – uiteraard – moet proberen de boel te saboteren. Het groepje dat als eerste het Chiroterrein haalt, wint het van zijn mol. Bij de andere groepjes gaan de mollen met de eerste prijs aan de haal. Wat je ook kunt doen: hen achteraf laten raden wie de mol was. Dit is een prima oplossing als je te weinig leden hebt om in meerdere groepjes te spelen. Laat je leden in dat geval tegen de tijd spelen: de niet-mollen winnen als de groep binnen een bepaalde tijd de weg teruggevonden heeft.
Boven op het mol-concept kun je met posten werken waar ze moeten passeren en waar ze een opdracht moeten doen. Geef elk groepje wanneer je het dropt een kaart waarop de eerste stop aangeduid is, met eventueel een adres erbij. Daar moeten ze dan een opdracht doen. Dan zijn er verschillende opties. Slagen ze niet in de opdracht, dan krijgen ze bijvoorbeeld een minder gedetailleerde kaart om tot bij hun volgende post te geraken, of krijgen ze er geen. Ook leuk: extra hindernissen. Laat hen voorwerpen meezeulen die ze nodig hebben om tips over de locaties te bemachtigen (die de mol dan weer kan kwijtspelen, enz.). In dat geval moet er geen leiding aanwezig zijn op de posten, maar moeten ze alles zelf zien te vinden.
Voorwerpen die je hen kunt meegeven:
- Een ladder, waarmee ze een kaart uit een boom moeten halen
- Een opblaasboot, waarmee ze iets uit een rivier moeten halen
- Een schaar, om een met gigantisch veel touwen vastgebonden kaart te bemachtigen
- Een schop, waarmee ze een kaart moeten opgraven
- Een vergrootglas, voor een zeer klein afgedrukte kaart
Guerrilla-dropping
Bij dit soort dropping gaan je leden zonder opdrachten op pad, met als enige doel van het begin- naar het eindpunt te geraken. Met die moeilijkheid dat ze niet gezien mogen worden door de leiding! De leiding rijdt rond als 'agenten': ze kunnen iemand 'pakken', een ploeg 'wachttijd' geven, een ploeg 'oppakken' en op een verder punt droppen, een handicap geven (een zwaar voorwerp meezeulen, iemand van de ploeg moet gedragen worden, enz.). Extra's:
- De agenten kunnen iemand 'pakken' door hem of haar nat te spuiten met waterpistolen.
- Geef elke ploeg een aantal tiensecondetentjes mee: ze zijn enkel veilig voor de agenten als ze in een tentje zitten.
- Fluohesjes maken het een stuk moeilijker om uit het zicht van de agenten te blijven, net als dierenonesies, een reuzenknuffelbeer, enz.
- De agenten proberen de spelers te beschijnen met zaklampen.
Verzameldropping
Geef elke ploeg twee kaarten met daarop een aantal plaatsen aangeduid: de ene kaart is fout en de andere juist. Op elke post van de 'juiste' kaart moeten ze een voorwerp halen, en ze mogen het Chiroterrein pas weer betreden als ze alle voorwerpen in hun bezit hebben. Maar! Zowel de juiste als de foute posten worden bijzonder goed in het oog gehouden door de leiding. Worden er leden gezien, dan worden ze opnieuw gedropt.
Als variant hierop kun je op elke post een ingrediënt leggen van bijvoorbeeld pannenkoeken, en op de laatste post een pan en een vuurtje: ze mogen dan alleen het terrein weer op als ze een warme pannenkoek bij zich hebben.
De geknipte kaart
Nog een alternatief: geef de ploegen wél een kaart mee, maar op een speciale manier. Bijvoorbeeld: verdeel ze in zes en kleef elk stukje op één kant van een kubus, knip ze in puzzelstukken, stop ze in een kijkdoos (die nog heel moet zijn wanneer ze aankomen), plak de straten met touw op een groot stuk karton, maak 'blinde vlekken' op een kaart, druk ze af in spiegelbeeld, enzovoort.
Richtlijnen voor een dropping
- Dit is een geschikte activiteit voor tito's, keti's en aspi's. Min 12-jarigen drop je niet!
- Als tito's op dropping gaan, stapt er iemand van de begeleiding mee.
- Keti's en aspi's kunnen alleen de baan op. Betrek je afdeling dan wel in die beslissing: meisjes die elkaar bang hebben gemaakt met verhaaltjes over verkrachters en aanranders zullen het bijvoorbeeld niet zien zitten om zonder begeleiding te vertrekken, terwijl anderen dat zouden aanvoelen als betutteling vanwege de leiding.
- De weekendnachten houden meer risico's in. Zelfs als je dropt op wegen met weinig verkeer (bv. in de Ardennen) bestaan er risico's op ongelukken. Op die wegen verwacht een automobilist geen plots opduikende voetgangers op de rijweg. Geef iedereen dus zeker een fluovestje mee, en fluobandjes.
- Bij 12- tot 14-jarigen moet de activiteit overdag plaatsvinden, mét begeleiding. We raden ook aan om de afstand beperkt te houden.
- Zorg ervoor dat ze een nummer hebben dat ze kunnen bellen.
- Geef water mee, eventueel wat snelle suikers en een basiskit EHBO .