De klok rond
We maken met de groep een grote cirkel, met ongeveer 2 meter afstand tussen de spelers. Eén persoon gaat in het midden staan. De persoon in het midden begint tot 30 te tellen. Wanneer hij/zij bij het tellen aan 10 komt, steekt hij/zij zijn/haar rechterarm uit. Bij 20 steekt hij/zij zijn/haar linkerhand uit. Bij 30 klapt hij/zij 1 keer in de handen. Terwijl de persoon in het midden aan het aftellen is, gaat er in de cirkel een bal rond. Wie de bal vasthoudt hij 30 (de klap) moet zich met zijn buik op de grond leggen. De personen naast deze liggende persoon moeten voortaan steeds wanneer ze de bal aan mekaar doorgeven over de liggende persoon heen stappen. Het spel wordt moeilijker en spannender naarmate er meer mensen op de grond liggen en hoe meer de overblijvende spelers over de liggenden moeten heen stappen. De winnaar is de persoon in de cirkel die overblijft.
Variaties
Je kan bij het tellen andere gebaren of woorden gebruiken. Je kan de persoon in het midden ook langer laten tellen. Je kan ook meerdere ballen laten doorgaan.
Opmerkingen
Dit is een spannend en leuk spel!
van Julie Verstraeten, LEG/0105, Chiro Werchter, Elewijt
Materiaal
- 1 bal
Groepen: 1
Intensiteit: 2
Leeftijd: van 8 tot 16 jaaar
Spelers: van 10 tot 30
Soort: pleinspelen
Terrein: grasveld
Thema's: andere